“Goedemorgen mevrouw!” “Goedemorgen!” Ik groet de student terug die net het lokaal binnenkomt. Het is ergens in maart. Ik ben gewoon op de HU. Met studenten. In een lokaal! Oké, een toetslokaal, want het is een herkansing van een toets. Dat vind ik spannend, want ik ben in geen jaar meer met zo’n grote groep in dezelfde ruimte geweest. Er komen meer studenten binnen, die ik vrolijk groet. Ineens valt het me op: ik kan, op zo’n 4 mensen na, niemand met hun naam begroeten. Dat kan aan de mondkapjes liggen, maar de enige die ik echt met naam kan noemen, zijn degenen die ik regelmatig in het echt heb gezien. Op papier ken ik alle namen. Ik heb bijna iedereen voorbij zien komen in mijn onlinelessen, maar ik ben niet in staat om deze namen aan de gezichten te koppelen. Heb ik nu al last van dementie?
Spelletje maken van namen onthouden
Nou ben ik geen held in namen onthouden, zie ook mijn eerdere blog ‘namen’, en haal ik mensen door war, maar echt geen namen weten, dat overkomt me eigenlijk nooit. Ik maakte er in de les vaak een spelletje van; even in de pauze bij iedereen langslopen om de namen oefenen en dan kijken of ik het de les daarop ook nog weet als ze op hele andere plekken in het lokaal zitten. Scoorde ik bonuspunten mee als het lukte 😉. Ik vind het ook belangrijk om de namen te weten. Jij als student voelt je meer gezien en gehoord als ik je naam weet, dan wanneer ik zeg ‘hé jij daar achterin’.
Oefening baart kunst
Ik probeer normaal gesproken dus de namen te oefenen. Iedereen die iets wil leren weet: oefening baart kunst. En: iets leren kost moeite. Kortom, je moet iets vaak herhalen en er moeite voor doen. Dat zijn nu de pijnpunten. Ik heb (1) weinig oefening, want óf ik zie de studenten niet omdat ik zelf aan het presenteren ben, óf de camera staat uit. Als deze wel aanstaat, hoef ik (2) geen moeite te doen, want de namen staan al in het scherm erbij. Een derde punt is dat het geheugen werkt met context en associaties. Je kan dingen beter onthouden als je het ergens aan kunt koppelen. Zo kan je bv. door aan het ene te denken, ook automatisch andere herinneringen oproepen. Denk ik aan een bepaald liedje, dan ben ik gelijk weer op die ene fantastische vakantie waar ik dat lied heb grijsgedraaid. Denk ik bv. aan het laatste gesprek met een student, dan helpt het me als ik denk in welk lokaal we zaten en wat voor een les we hadden. Maar nu is elke les hetzelfde. Ik zit op dezelfde plek. Ik kijk naar hetzelfde scherm. 2D i.p.v. 3D. Dat helpt niet!!! Ik vraag me ineens af: werkt het ook zo voor jullie als student? Dat, doordat de les telkens in dezelfde (platte) context is, je minder goed/snel/efficiënt leert, of dat je op een andere manier meer moeite moet doen om het te leren?
Kickstarten
Gelukkig krijg ik van de regering binnenkort een mooi verjaardagscadeautje, nl. dat het hoger onderwijs weer wat meer op locatie mag lesgeven. Dus een oproep aan de iedereen die ik komend blok een paar keer live mag zien: help mij mijn geheugen weer te kickstarten en kom (gesneltest en wel!) naar het USP. Zodat ik kan zeggen: “Hé [vul hier je eigen naam in], wat fijn dat je er bent.”